Hoe kan ik mijn verwarmingskosten bij thuiswerk verminderen?

Werkt u regelmatig of meestal van thuis uit, dan rijst vroeg of laat de vraag hoe het met de kosten zit - vooral de verwarmingskosten. Kunt u die bijvoorbeeld fiscaal aftrekken of worden ze door uw werkgever betaald? En hoe zit het met de mogelijkheden om geld te besparen? Wij leggen u uit hoe u de verwarmingskosten van uw thuiswerk kunt berekenen en verminderen.

(Image: ©DimaBerlin/Shutterstock.com)

Kunnen verwarmingskosten van thuiswerk fiscaal afgetrokken worden?

Werkt u regelmatig thuis of hebt u zelfs een eigen werkruimte, dan rijst de vraag welke kosten mogelijk fiscaal aftrekbaar zijn of misschien zelfs door de werkgever worden betaald. Doorslaggevend is in principe of het thuiskantoor het middelpunt van de activiteiten vormt, of dat er geen andere werkplek beschikbaar is voor de beroeps- of bedrijfsactiviteiten.

Dit betekent dat als de werkgever u geen individuele werkplek ter beschikking kan stellen en u moet uitwijken naar een thuiskantoor, u aanspraak kunt maken op een beperkte aftrek. Dit moet in uw aangifte voor de inkomstenbelasting worden aangegeven als beroepskosten en bedraagt maximaal 1.250 euro. De beperkte aftrek geldt op de eerste plaats voor leerkrachten of medewerkers van buitendiensten. Hebt u echter een vaste werkplek, maar hebt u met uw werkgever een overeenkomst afgesloten, bijvoorbeeld om één keer per week thuis te werken, dan kunt u geen kosten voor de werkruimte in mindering brengen.

Is uw werkruimte thuis het middelpunt van uw beroepsactiviteiten, dan geldt de zogenaamde onbeperkte aftrek. U kunt de kosten volledig aftrekken. Dit geldt onder meer voor freelancers of zelfstandigen zoals kunstenaars of schrijvers. Deze kosten moeten in elk geval als bedrijfskosten worden aangegeven.

Hoe worden verwarmingskosten voor thuiswerk berekend?

In principe moet een onderscheid worden gemaakt tussen twee soorten kosten, die u fiscaal kunt aftrekken - de proportionele kosten en de directe kosten. Bij laatstgenoemde horen onder meer de inrichting van een werkruimte, zoals een bureau, lamp en stoel. Dergelijke kosten worden voor het volledige bedrag aangegeven.

Daarnaast zijn er kosten die slechts proportioneel kunnen worden afgetrokken. Daaronder vallen de kosten voor huur, elektriciteit en verwarming. Deze kosten worden gemaakt voor het hele huishouden en dus ook voor privégebruik. Hier is het belangrijk om het aandeel van de werkruimte te bepalen. Daarvoor deelt u de oppervlakte van de werkruimte door de totale oppervlakte van de woning en dat resultaat vermenigvuldigt u met 100. Resultaat is het procentuele aandeel van de werkruimte thuis. Dit vormt op zijn beurt de verdeelsleutel voor de volgende kosten:

  • Huur of afschrijving van gebouwen
  • Kosten voor water, riolering, energie
  • Schoonmaakkosten
  • Grondbelasting
  • Kosten voor afvalinzameling en schoorsteenvegen
  • Bijdragen aan de vereniging van huurders of de vereniging van huiseigenaren en grondeigenaren
  • Kosten voor de verzekering van woongebouwen, inboedel en rechtsbijstand
  • Renovatiekosten die betrekking hebben op het hele gebouw of algemene ruimtes (traphal)

Zo kunt u een deel van de verwarmingskosten aftrekken, als u de werkruimte langdurig gebruikt. De fiscus kan dit echter alleen in aanmerking nemen als er geen alternatieve werkplaatsen zijn in het eigenlijke bedrijf of als u een zelfstandig ondernemer bent en het thuiskantoor het middelpunt van uw activiteiten is.

Hoe bespaart u op verwarmingskosten in uw thuiskantoor?

Ook al werkt u maar één keer per week thuis om u op het werk te kunnen concentreren of om tijd te winnen doordat u geen verplaatsing hoeft te maken, loont het de moeite om op het verbruik te letten. Ook zonder grote investeringen kunt u het energieverbruik voor verwarming en warm water verminderen. Deze twee factoren zijn samen goed voor 87 procent van het energieverbruik in het gemiddelde huishouden (verwarming ongeveer 75 procent en warm water ongeveer 12 procent). Hier is ook het grootste besparingspotentieel terug te vinden.
 

Besparingstips - Waarop moet u letten bij het verwarmen van uw werkruimte thuis?

Of u nu permanent thuis werkt of slechts een paar keer per maand, er zijn een paar trucjes om het energieverbruik en de verwarmingsfactuur niet te laten stijgen. Fundamenteel komt het erop aan om de juiste temperatuur in te stellen. Vooral in de werkruimte brengt u gemiddeld veel tijd door. Dit betekent dat de kamertemperatuur hier ongeveer 22 graden Celsius moet zijn, vergelijkbaar met de woonkamer. Natuurlijk is het individuele gevoel van warmte doorslaggevend. Het niveau op de radiator moet in overeenstemming daarmee worden ingesteld. Met klassieke thermostatische kranen kunt u een instelling kiezen tussen niveau drie en vier.

Kunt u uw verwarming programmeren, dan kunt u voor overdag ook verschillende tijdfasen instellen om de hele werking van de installatie optimaal aan te passen aan uw eigen behoeften.

Om de warmte in de kamer te houden, moet u op de volgende punten letten:

  • Sluit deuren naar koudere kamers in het huis of de woning.
  • Vermijd langdurige verluchting via kiepramen.
  • Isoleer de radiatoruitsparingen optimaal.
  • Hou de radiatoren vrij.

Belangrijk: Plaats uw bureau niet vlak voor de radiator en dek de radiator niet af, ook al is dit visueel mooier. Alleen als u zich hieraan houdt, kan de warmte optimaal van de radiator afstralen en zich over de hele ruimte verspreiden.
 

Maak goed gebruik van interne warmtewinsten in uw werkruimte thuis

. Naast de verwarming als belangrijkste bron van warmte zijn er andere, meer indirecte warmtebronnen in een huis of woning. Deskundigen spreken van zogenaamde interne warmtewinsten. Die spelen op de eerste plaats een rol bij de berekening van de warmtebehoefte, maar ze kunnen ook in aanmerking worden genomen als u uw eigen verwarmingsgedrag wilt optimaliseren.

Deze warmtewinsten zijn onder meer afkomstig van de mens zelf, maar ook van elektrische apparaten of verlichtingsarmaturen. Afhankelijk van hun prestaties en gebruik produceren vooral computers en laptops veel warmte. Bovendien mogen de zogenaamde zonnewinsten niet worden vergeten. Als de zonnestraling een gebouw raakt, wordt via de gevel en vooral via de ramen warmte aangevoerd. Maak actief gebruik van de zonnewinsten door de gordijnen open te laten, vooral in de koude maanden.

Belangrijk: Uiteraard kunnen de interne warmtewinsten een ruimte niet 'verwarmen', maar ze helpen wel om de warmtebehoefte indirect wat te verminderen.